De Web 2.0 Social Suicide van Mark Rutte

Mark Ruttes digitale leven is niet meer, zo meldde op 14 oktober De Volkskrant. Waar Geert Wilders een fervent twitteraar is en eigenlijk bijna alle Tweede Kamer-leden zich op de digitale snelweg begeven, is de minister-president nu op geen enkele sociale netwerksite meer te vinden. Opmerkelijk, want in het huidige 2.0-tijdperk lijk je zonder een digitaal ego onmogelijk goed mee te kunnen draaien. De sociale media als extensions of man (McLuhan) zijn zo langzamerhand niet langer uitbreidingen, maar vormen de basis. Een basis die echter op losse schroeven staat.

John B. Thompson introduceerde het begrip mediated-quasi-interaction: een medium is een technologische interventie, die het face-to-face-contact ondergeschikt maakt ter meerdere glorie van de mogelijkheid om een bericht, een idee, maar ook jezelf direct de wereld in te zenden. Opperste erkenning is de erkenning van velen. Alles moet vervolgens naar buiten om zo een coherent beeld van jezelf te kunnen scheppen. Maar is deze coherentie werkelijk mogelijk? ‘The medium’ is immers ‘the message’, aldus McLuhan, en kan niks anders communiceren dan een ander medium.

Een lastige gedachte? Bedenk dan dit: wanneer je een profiel aanmaakt op Facebook maak je keuzes. Je kiest ervoor bepaalde eigenschappen uit te lichten en andere weg te laten. En hoe veel je ook wilt delen, hoe coherent je dit beeld ook wenst te zijn, het zal nooit je volledige ‘zelf’ kunnen tonen. Dit heeft niet alleen te maken met het proces van encoderen en decoderen, zoals Hall het omschreef, maar vooral met de stap die ervóór plaatsvindt: het nadenken over jezelf. De opzet van Hyves bijvoorbeeld dwingt de gebruiker zichzelf te definiëren aan de hand van films, merken, lievelingseten of eigenaardige eigenschappen. Je rizomatische identiteit wordt gefragmenteerd en daarna weer samenhangend gemaakt: een verhaal ontstaat, een medium van je ‘zelf’. Vervolgens zend je dit de wijde wereld in. Je medialiseert jezelf om jezelf te kunnen medialiseren. Dit terwijl de ‘talen’ van deze uitingen niet hetzelfde zijn en het beeld dat je van jezelf wenst te scheppen nooit als zodanig bij anderen overkomt.

Een goede beslissing dus, van Rutte. Meer dan ooit streven we in deze tijd naar coherentie, naar eenheid, naar betekenis en samenhang. Fragmenten, hoe verschillend ook, worden, koste wat kost, met de losse eindjes aan elkaar geknoopt en vormen zo een ogenschijnlijk coherent maar eigenlijk intens instabiel beeld. Inderdaad, doordat de keuze bij jezelf ligt lijken Hyves, Facebook en Twitter allemaal zo kwaad nog niet. Maar politici, en zeker de minister-president, kunnen zich zo’n instabiliteit toch eigenlijk niet veroorloven.

Robin van Deutekom

~ door schizofragmendentities op november 11, 2010.

Eén reactie to “De Web 2.0 Social Suicide van Mark Rutte”

  1. Mooi stuk, waarin je goed uiteenzet dat de digitale identiteit door de structuur van sociale netwerksites verder afstaat van de reële identiteit. Mark Rutte heeft dan wel zijn profielsites gesloten, maar hij is zeker niet uit de picture verdwenen. Hij weet donders goed hoe belangrijk het is om zichzelf via media neer te zetten als goed en betrouwbaar staatsman. Hij gebruikt echter media die hij zelf meer in de hand heeft. Sinds kort heeft hij, in navolging op Cameron en Obama, zijn eigen fotograaf. Kustaw Bessems, politiek verslaggever van De Pers, gaf een sprekend voorbeeld (P&W, 05-11-2010) waarbij hij een foto van een bellende Obama naast een foto van een bellende Rutte liet zien. Onze kersverse premier bereikt zijn volk nu middels een Flickr- en Twitter-account.

Plaats een reactie